Inleiding
In Nederland zijn de overheden samen verantwoordelijk voor een goede luchtkwaliteit. Veel overheden werken samen aan dat doel. Zij doen dat in een samenwerkingsprogramma: het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL).
Europese Unie
De normen voor luchtkwaliteit – ook wel grenswaarden genoemd–
komen uit de Europese Unie (EU). De EU stelt vast hoeveel van een
vervuilende stof er maximaal in de lucht mag zitten. Verder heeft EU
de datum bekend gemaakt waarop alle landen aan die grenswaarden moeten
voldoen. Voor fijnstof (PM10) is dat in 2005, voor stikstofdioxide
(NO2) is dat 2010. De EU wil op deze manier de gezondheid van burgers beschermen.
Uitstel
Voor fijnstof en stikstofdioxide kon Nederland de grenswaarden
niet op tijd halen, terwijl voor andere stoffen, zoals benzeen, dat
wel op tijd is gelukt. Daarom is het NSL ingesteld. De overheden die
daarin meedoen, hebben afgesproken dat ze een groot aantal maatregelen
gaan nemen. Maatregelen die er voor zorgen dat de lucht schoner wordt
op plaatsen waar mensen zijn. Het NSL heeft Nederland ook naar de
Europese Unie gestuurd om officieel meer tijd te krijgen om de
grenswaarden te halen. Die extra tijd heeft Nederland gekregen.
Nederland moest daarom de grenswaarde voor fijnstof (PM10) in 2011
halen en de grenswaarde voor stikstofdioxide (NO2) in 2015. Deze
jaartallen heten ‘zichtjaren’.
Gerelateerde links